Van ziekenhuis naar wooncomplex
Van 1910 tot 1984 was op de plek van het Antoniushof het St. Antonius Ziekenhuis gevestigd.
Medio 80-er jaren verhuisde het ziekenhuis naar Nieuwegein. Een groot deel van de Utrechtse oudbouw werd gesloopt. Enkel het in 1910 geopende hoofdgebouw aan de Prins Hendriklaan bleef -met drie zijvleugels daar omheen- staan en werd verbouwd tot woningen en appartementen.
Architectuur
Tot laat in de 19e eeuw waren veel ziekenhuizen vooral nog verpleeghuizen voor arme hulpbehoevende mensen, bestaande uit aparte -ingebouwde of vrijstaande- paviljoenvormige gebouwen.
Deze paviljoenvormige bouwwijze werd eeuwenlang cruciaal bevonden, omdat men dacht dat ziekten vooral overgebracht werden door lucht die met besmettingsstof (miasmen) was vervuild. Nadat Pasteur in de loop van de 19e eeuw had ontdekt dat dit -ook- door bacteriën kon gebeuren, kwam er een geconcentreerder bouwtype in zwang: het corridorsysteem, waarbij meerdere afdelingen door gangen met elkaar waren verbonden.
Het St. Antonius Ziekenhuis werd ontworpen als zo’n corridorziekenhuis. Het in 1910 voltooide deel behelst het hoofdgebouw en heeft een trapeziumvormige plattegrond met een grote kapel aan de achterzijde. In tegenstelling tot de -inmiddels gesloopte- neogotische kapel hebben de voorgevel aan de Prins Hendriklaan en de westgevel aan de Jan van Scorelstraat een representatief neo-renaissancistisch uiterlijk.
De Haagse architect J.A.W. Vrijman heeft van aartsbisschop Mgr. H. van de Wetering, de opdrachtgever, in 1906 de ontwerpopdracht aangenomen. Vrijman was een leerling van de befaamde architect P.J.H. Cuypers, de ontwerper van het Rijksmuseum, het Amsterdamse Centraal Station en van talloze neogotische kerken.
In 1907 kreeg Vrijman de leiding over het bouwbureau van J. van Lokhorst, die kort daarvoor overleed en bij wie hij na zijn leertijd tot dan in dienst was. In dat bureau was men gewend om neorenaissancistische stijlvormen te gebruiken. Zo ook bij het St. Antonius Ziekenhuis.
Toen dit ziekenhuis in 1910 werd opgeleverd, was de naaste omgeving nog overwegend leeg. Wel was vanaf 1898 het nabij gelegen Wilhelminapark al open gesteld, maar pas na 1910 verrezen de eerste huizen in de buurt, met het Rietveld-Schröderhuis van de architect G. Rietveld uit 1924 als voorlopig slotstuk.
In het jaar van oplevering (1910) was nog niet het gehele ziekenhuis gereed. Er ontbraken toen door acuut geldgebrek nog twee grote Y-vormige vleugels aan de achterkant van het bouwkavel. Wel waren daarvoor alvast de fundamenten gelegd. Deze vleugels werden echter pas in 1927 opgeleverd.
Gemeentelijk monument
Het gebouw staat nu op de gemeentelijke monumentenlijst, want het “…is van architectuurhistorisch belang als laat en representatief voorbeeld van de Hollandse neorenaissance en van historisch belang vanwege de plaats in de ziekenhuisbouw. Bovendien is het beeldbepalend”.
Verantwoording
De bovenstaande tekst is deels ontleend aan de publicatie van:
R. Wolf, Heilig vuur: “het St. Antonius Ziekenhuis te Utrecht/Nieuwegein 1910-2000”
SUN, Nijmegen 2000 (ISBN: 905875121X)